Dankzij de motie van STIP “Nu ingrijpen op woningtekort voor jongeren en studenten” is in april 2025 het Actieplan Studentenhuisvesting gepubliceerd. Hiermee vroeg STIP om extra korte termijn stappen om het groeiende tekort aan studentenhuisvesting tegen te gaan.
Het groeiende tekort
De directe aanleiding voor het plan waren schriftelijke vragen van STIP in juli 2024, na zorgen over het uitblijven van nieuwe studentenwoningen en de afname van bestaande woningen door renovatie en verkoop.
Ondanks de ambitie om tot 2026 2.500 studentenwoningen te realiseren, met daarbovenop nog eens 1.000 woningen tot 2030, zijn er tot nu toe slechts 136 woningen opgeleverd aan de Balthasar van der Polweg. De vooruitzichten voor de komende jaren zijn somber: de eerste nieuwe studentenwoningen worden pas vanaf 2027 verwacht.
Daar komt bij dat bestaande woningen (tijdelijk) uit de voorraad verdwijnen. Alleen al in 2025 en 2026 verdwijnen bijna 1.000 DUWO-woningen tijdelijk door renovaties aan onder andere de Roland Holstlaan, E. du Perronlaan en Van Hasseltlaan.
Daarnaast zorgen landelijke regels voor verkoop in de particuliere sector. Diverse studentenorganisaties hebben hun zorgen hierover gedeeld in een brandbrief aan de gemeenteraad.
Wat staat er in het actieplan?
In het actieplan staan de plannen voor studentenhuisvesting voor de komende jaren opgesomd. De eerste grootschalige nieuwbouw van studentenhuisvesting wordt pas rond 2027/2028 verwacht, waardoor er de komende jaren geen nieuwe woningen bijkomen. STIP mist daarom concrete kortetermijnmaatregelen om de bestaande voorraad te beschermen en beter te benutten. In het debat heeft STIP daarom gepleit voor meer bescherming en betere benutting van de bestaande voorraad voor de korte termijn.
Bestaande voorraad
STIP vindt het belangrijk dat bestaande studentenhuizen behouden blijven en zich geen nieuwe belemmeringen opwerpen. Sinds 2017 is er een beleid rondom kamerverhuur, waarbij woningen een omzettingsvergunning nodig hebben. Veel studentenhuizen die voor 2017 zijn ontstaan, hebben echter zo’n vergunning niet en kunnen daardoor niet aantonen hoeveel kamers er officieel verhuurd mogen worden. Tot dit jaar bevestigde de gemeente dit ‘verworven recht’ per mail, maar deze service is stopgezet. Nu moet iedereen een vergunning aanvragen, wat bijna 1.700 euro kost.
STIP vindt dat deze kosten en de ingewikkelde aanvraag een te grote drempel zijn voor eigenaren van bestaande studentenhuizen, zeker nu de druk op de voorraad toeneemt.
Tijdens het raadsdebat diende STIP een motie in om de bevestigingsdienstverlening tijdelijk terug te brengen en de aanvraagprocedure eenvoudiger te maken. Deze dienstverlening helpt bewoners bij het behouden van hun studentenhuis, bijvoorbeeld bij dreiging tot verkoop.
De wethouder gaf aan bereid te zijn het proces te verbeteren en toegankelijker te maken, maar zag niets in het tijdelijk hervatten van de oude dienstverlening — ook al zou dat maar voor een paar maanden zijn. STIP stelde tijdens het debat ook vragen over de kosten van de huidige aanvraag, maar de antwoorden van de wethouder hierover verschilden. Dat onderstreept hoe onduidelijk het proces op dit moment is — zowel voor bewoners als voor de gemeente zelf.
Ondanks deze onduidelijkheid besloot STIP de motie toch in stemming te brengen. De oude bevestigingsdienstverlening was gratis, duidelijk en gaf studentenhuizen meer zekerheid. En juist omdat de woningmarkt snel verandert, kunnen een paar maanden veel verschil maken voor studenten die hun woning dreigen kwijt te raken.
Veel partijen gaven aan de toezegging van de wethouder voldoende te vinden. De motie werd uiteindelijk met een nipte meerderheid verworpen: 17 stemmen voor, 21 tegen. Daarmee werd besloten om op dit moment nog geen concrete actie te nemen voor de bescherming van bestaande studentenhuizen, ondanks de zorgen die er leven bij studenten.
STIP betreurt dat er geen tijdelijke oplossing is gekomen om eigenaren de ruimte te geven totdat het proces verbeterd is. Dit zorgt voor onnodige onzekerheid over het voortbestaan van veel studentenhuizen.
Debat over de bestaande voorraad
Deze herfst wordt de huisvestingsverordening opnieuw bekeken, met aandacht voor wat er wel en niet is toegestaan op het gebied van woningdelen en woningsplitsing. Landelijk onderzoek laat zien dat dit veel extra woonruimte kan opleveren, voor jongeren, ouderen, studenten en starters. STIP zet zich in om deze kansen in Delft te benutten.
Heb jij nog vragen hierover of gave ideeën over dit onderwerp? Stuur Lisanne een berichtje! Ook kent STIP een Werkgroep Wonen om bij aan te sluiten. Ongeveer eens per maand zitten we samen om na te denken over Wonen in Delft. Wie weet zien we je snel!