STIP wil dat Delft fietsstad nr. 1 wordt

De fiets is hét vervoersmiddel van Delft, binnen onze compacte stad is het één van de meest effectieve en gezonde manieren om jezelf te verplaatsen. Dit moeten we dan ook stimuleren en faciliteren in onze stad, maar dat loopt nu nog spaak. Want waar parkeer je je fiets? Hieronder de punten die STIP de komende periode wil aanpakken.

STIP wil dat Delft fietsstad nr. 1 wordt

In de laatste raad van deze periode is het voorstel om fietsen op de juiste plek te kunnen stallen vastgesteld. STIP heeft ingestemd met het plan om nu met max. 850 plekken een begin te maken aan het terugdringen van het tekort van 2.000 fietsparkeerplaatsen. Deze inzet van 1 miljoen euro is wat STIP betreft de eerste stap, aangezien met dit plan het tekort nog lang niet is verholpen.

Fietsactie punten voor STIP

Op het moment gaat nog veel ruimte verloren aan de stilstaande auto, op een parkeerplek passen bijvoorbeeld wel 12 fietsen! Dat terwijl uit onderzoek blijkt dat er op piekmomenten nog 200 autoparkeerplekken leegstaan. (fig.4: link) Omdat de auto zoveel ruimte inneemt heeft de gemeente 4 openbare parkeergarages rondom de binnenstad geopend. Maar helaas is het nu nog erg onaantrekkelijk voor autobezitters om in die garages te parkeren, een jaarabonnement is namelijk bijna vijf(!) keer zo duur (165 vs. 800 euro p/jaar). Maar een tekort van 2.000 fietsparkeerplekken en een overschot van 200 autoparkeerplekken, dat rijmt natuurlijk echt niet met elkaar.

Wat we als STIP de komende 4 jaar willen? Dat hebben we opgeschreven in ons verkiezingsprogramma, maar we hebben het hieronder nog even voor je opgesomd.

Een plek voor elke fiets

  • STIP wil voldoende stallingen waar je je fiets aan vast kunt zetten zoals fietsnietjes. In de binnenstad betekent dit nog 1.850 extra parkeerplekken.
  • Op elke autoparkeerplek kunnen minstens 8 fietsen staan. Daarom gaan we daar waar de fietsparkeerdruk hoog is autoparkeerplekken inruilen voor fietsplekken.
  • Bij station Delft zijn in 2030 minstens 13.000 plekken nodig en dat zijn 3.000 meer dan gepland. Daarom onderzoeken we of meer stallingen gebouwd kunnen worden en of verbeteringen bij station Delft Zuid de fietsparkeerdruk bij station Delft kunnen verminderen.
  • Fietsparkeernormen worden toegespitst op de plaatselijke situatie. De binnenstad heeft bijvoorbeeld een andere fietsparkeervraag dan Tanthof. Delftse normen zijn flexibel en bieden ruimte voor maatwerk om positieve ontwikkelingen mogelijk te maken.

Gastvrij fietsen

  • Fietspaden buiten de binnenstad zijn goed onderhouden en duidelijk herkenbaar door rood asfalt. Er komen meer zoefroutes waar je zonder hindernissen een snelle, comfortabele route kunt fietsen.
  • De fietser heeft voorrang. We plaatsen zo min mogelijk verkeerslichten op fietsroutes. Wanneer toch verkeerslichten nodig zijn, gaan ze sneller op groen bijvoorbeeld wanneer het regent. Verkeerslichten staan 's avonds en 's nachts bij weinig verkeer standaard op groen voor fietsers.
  • STIP wil dat de eerste politiecontroles op verlichting van het donkere seizoen in combinatie gaan met de verkoop van fietslampjes, zodat mensen daarna veilig verder kunnen fietsen.
  • De gemeente stimuleert het delen van fietsen en maakt afspraken met bedrijven die dit aanbieden om dit in goede banen te leiden.
  • Bij autoparkeergarages komen ook fietsparkeerplekken, zodat mensen het laatste deel van hun reis per fiets kunnen maken. Bovendien onderzoekt de gemeente of Park + Bike in Delft toe te passen is.

De fiets is hét vervoersmiddel van Delft: Gezond, duurzaam, goed voor de bereikbaarheid én leefbaarheid. Stem daarom 21 maart STIP, zodat we Delft dé fietsstad kunnen maken!

Door: Twan de Nijs